Wereldtentoonstelling van 1897
EXPO 1897 Brussel,Tervuren | ||
Affiche voor de Wereldtentoonstelling door Art Nouveaukunstenaar Henri Privat-Livemont | ||
BIE-classificatie | Universele tentoonstelling | |
Naam | Exposition Internationale de Bruxelles | |
Bouwwerk | Paleis der Koloniën | |
Oppervlakte | 36 ha | |
Aantal bezoekers | 7,8 mln | |
Deelnemers | ||
Aantal landen | 27 | |
Ligging | ||
Land | België | |
Locatie | Jubelpark,Paleis der Koloniën | |
Coördinaten | 50° 51′ NB, 4° 23′ OL | |
Data | ||
Openingsdatum | 10 mei 1897 | |
Sluitingsdatum | 8 november 1897 | |
Universele tentoonstellingen | ||
Vorige | World's Columbian Exposition in Chicago | |
Volgende | Exposition Universelle in Parijs |
De wereldtentoonstelling van 1897 (Frans: Exposition Internationale de Bruxelles) werd gehouden in het Brusselse Jubelpark en de naburige gemeente Tervuren. Het Bureau International des Expositions heeft de tentoonstelling achteraf erkend als de 12e universele wereldtentoonstelling. Aan de wereldtentoonstelling deden 27 landen mee. De inkomprijs bedroeg 1 Fr. Het evenement werd uiteindelijk door zo'n 7,8 miljoen mensen bezocht.
Inhoud
1 Algemeen
2 Deelnemers
3 Voorgeschiedenis
4 Attracties
4.1 Koloniale tentoonstelling
5 Trivia
6 Externe links
Algemeen
De grootste nieuwigheid van de wereldtentoonstelling was dat ze op twee plaatsen doorging: in het jubelpark in Brussel en in Tervuren. In deze laatstgenoemde gemeente bevond zich de koloniale afdeling van de tentoonstelling, alsook enkele indrukwekkende machinehallen. De gehele oppervlakte van de expo bedroeg hierdoor maar liefst 36 hectare wat, in vergelijking met latere exposities, nog vrij weinig was. Voor de verplaatsing tussen het jubelpark en het park van Tervuren werd de Tervurenlaan aangelegd, waar een tram de bezoekers van de ene naar de andere plek voerde. Hierdoor kwam tijdens en na de expo ook de oostkant van Brussel tot bloei.
Ter gelegenheid van de expo werden ook talrijke gidsen gedrukt die de buitenlandse bezoekers kennis moesten laten maken met de stad Brussel en zijn troeven. Hierin stond alle nodige informatie die de toerist nodig had: de theaters, restaurants, banken, post en telegraafkantoren, de dienstregeling en tarieven van de tram, enz... Dergelijke wereldtentoonstellingen waren namelijk een grote stimulans voor het massatoerisme dat in de Belle époque zijn opmars kende. Dit alles stond in het kader van de almaar groeiende Belgische economie aan het einde van de 19de eeuw.
Deelnemers
Aan de expositie namen 27 staten deel, waarvan de meeste uit Europa. Voor deze staten waren de paviljoenen als het ware een uitstalraam van hun macht, rijkdom en technische vaardigheden. Op Oceanië na waren alle werelddelen vertegenwoordigd. De deelnemende landen waren:
- In Europa:
Bosnië-Herzegovina, Bulgarije, Denemarken, Duitsland, Frankrijk (waarbij Algerije en Tunesië), Oostenrijk, Spanje, Griekenland, Hongarije, Italië, Luxemburg, Noorwegen, Nederland, Portugal, Roemenië, Rusland, Verenigd Koninkrijk, Zweden, Zwitserland + België als organiserend land.
- In Afrika:
Onafhankelijke Congostaat, Liberia
- In Noord- en Latijnds-Amerika:
Chili, Paraguay, Dominicaanse Republiek, Verenigde Staten.
- In Azië:
Perzië, Turkije
Voorgeschiedenis
Aanvankelijk ontstond het idee voor de expositie Brussel-Tervuren als een privé-initiatief van de Brusselse handelaars en horeca. Op 26 mei 1893 werd een nv genaamd 'Bruxelles-Exposition' opgericht met als doel een grote wereldtentoonstelling in Brussel te organiseren. Naast het initiatief van de handelaars en hoteliers kreeg het project ook steun vanuit de politiek en zakenwereld: volksvertegenwoordiger Maurice Lemonnier en senator/zakenman George Dupret worden gezien als de belangrijkste gangmakers. Ook vanuit de koloniale kringen werd het idee met enthousiasme onthaald: Georges Brugmann, Jules Urban en Albert Thys verleenden hun medewerking.
De organisatie verliep echter niet zonder slag of stoot. De expo had eigenlijk reeds in 1895 de deuren moeten openen, maar de Antwerpse wereldtentoonstelling van 1894 strooide roet in het eten. Daarbij kreeg het project te maken met financiële problemen en daarbij gepaard gaande politieke moeilijkheden. Men raakte het tevens niet eens over de uiteindelijke locatie van het evenement: de beslissing om de expo in het park van Tervuren te houden lokte hevig protest uit. Uiteindelijk mengt de staat, in persona van Leopold II, zich in het debacle. De tentoonstelling wordt uitgesteld tot 1897, zal plaatsvinden op twee locaties en de Belgische staat neemt de belangrijkste infrastructuurwerken op zich. Dit stond de inrichters toe de expo uit te bouwen tot een groots en winstgevend feest.
Attracties
De expo wilde, naast het bieden van een inblik in andere culturen, de wonderen van de toenmalige technologie vooruitgang in de verf zetten. In Tervuren bevond zich een enorme machinegalerij waar bezoekers zich konden vergapen aan de technische nieuwigheden en spoorwegmateriaal. Belangrijke industriëlen uit binnen en buitenland exposeerden er om meer internationale bekendheid te vergaren. Verder pakte de expositie uit met enkele stunts als een 'elektrisch restaurant', het grootste vat ter wereld (met een inhoud van 1,28 miljoen liter) dat tevens ingericht was als restaurant en een grote ballon, die de inwoners een overzicht gaf over de expo. Op 30 mei 1897 ontplofte deze ballon echter boven het jubelpark. Hierbij vielen geen slachtoffers.
Er was echter ook plaats voor klassieke paviljoenen. Naar het model van de wereldtentoonstelling van 1889 in Parijs waren er ook typische exotische huizen en bouwwerken nagebouwd. In de Tunesische en Algerijnse wijk liepen voor de gelegenheid ook echte arabieren rond. Een van deze paviljoenen bleef bewaard en werd later de grote moskee van Brussel. Ook de binnenlandse cultuur kwam ruimschoots aan bod. Zo vond men er reconstructies van gebouwen die in werkelijkheid reeds gesloopt waren. De paviljoenen Oud- Brussel en Oud- Antwerpen gaven een nostalgische terugblik naar vergane periodes. Verder was er nog een grote kermis die 2 hectare in beslag nam en kon men er aan talloze volksspelen deelnemen.
Koloniale tentoonstelling
Een apart onderdeel was de Koloniale tentoonstelling die in Tervuren werd gehouden in het speciaal hiervoor gebouwde Paleis der Koloniën. Dit stond helemaal in het teken van de Onafhankelijke Congostaat, waarmee België door een personele unie verbonden was door het gemeenschappelijk staatshoofd Leopold II. Een jaar later kreeg de tentoonstelling een definitief karakter en werd in dit gebouw het Koninklijk Museum voor Midden-Afrika ondergebracht.
Het idee voor een koloniale tentoonstelling was niet nieuw. De Onafhankelijke Congostaat kwam reeds ruimschoots aan bod op de tentoonstelling in Antwerpen. Ditmaal wilde de kolonie-afdeling vooral inspelen op de publieke opinie tegenover de Congostaat. Voor de gelegenheid werden 270 Congolezen per schip naar Tervuren gebracht om er drie traditionele dorpen te bevolken. Zij moesten ook regelmatig met prauwen de vijver bevaren. Samen met de tentoonstellingen in het paleis der koloniën moest dit de mensen een leerrijk inzicht geven in het leven van de 'wilden' in Congo. Ondanks de bedoelingen van Leopold II was er protest van vele Belgen tegen de uitbuiting en ontmenselijking van de Congolese bevolking. De vreselijke gebeurtenissen daar stoten op veel tegenstand vanuit zowel de Belgische als Europese bevolking. Op de tentoonstelling werd tevergeefs getracht het kolonialisme te rechtvaardigen.
Trivia
- Zeven van de 270 overgebrachte Congolezen overleefden hun korte verblijf in België niet.
- Tijdens de wereldtentoonstelling vond de eerste voorstelling plaats van Edgar Tinels opera Godelieve.
- Staalgigant Cockerill wilde aanvankelijk niet deelnemen aan de expo maar zwichtte uiteindelijk onder de druk van de inrichters. Het hebben van dergelijk bedrijf was namelijk een toonbeeld van succes van een staat.
Externe links
(en) Website van BIE
Zie de categorie Exposition Internationale de Bruxelles (1897) van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp. |
achteraf door BIE erkend: | Londen (1851) · Parijs (1855) · Londen (1862) · Parijs (1867) · Wenen (1873) · Philadelphia (1876) · Parijs (1878) · Melbourne (1880) · Barcelona (1888) · Parijs (1889) · Chicago (1893) · Brussel (1897) · Parijs (1900) · St. Louis (1904) · Luik (1905) · Milaan (1906) · Brussel (1910) · Turijn (1911) · Gent (1913) · San Francisco (1915) · Barcelona/Sevilla (1929) · Chicago (1933) |
algemeen/universeel (BIE): | Brussel (1935) · Parijs (1937) · New York (1939) · Port-au-Prince (1949) · Brussel (1958) · Seattle (1962) · Montreal (1967) · Osaka (1970) · Sevilla (1992) · Hannover (2000) · Shanghai (2010) · Milaan (2015) · Dubai (2020) |
gespecialiseerde tentoonstellingen (BIE): | Stockholm (1936) · Helsinki (1938) · Luik (1939) · Parijs (1947) · Lyon (1949) · Stockholm (1949) · Lille (1951) · Jeruzalem (1953) · Rome (1953) · Napels (1954) · Turijn (1955) · Helsingborg (1955) · Beit Dagan (1956) · Berlijn (1957) · Turijn (1961) · München (1965) · San Antonio (1968) · Budapest (1971) · Spokane (1974) · Okinawa (1975) · Plovdiv (1981) · Knoxville (1982) · New Orleans (1984) · Plovdiv (1985) · Tsukuba (1985) · Vancouver (1986) · Brisbane (1988) · Plovdiv (1991) · Genua (1992) · Daejeon (1993) · Lissabon (1998) · Nagoya (2005) · Zaragoza (2008) · Yeosu (2012) · Astana (2017) |
AIPH-tuinbouwtentoonstellingen (BIE): | Floriade Rotterdam (1960) · Hamburg (1963) · Wenen (1964) · Parijs (1969) · Floriade Amsterdam (1972) · Hamburg (1973) · Wenen (1974) · Montreal (1980) · Floriade Amsterdam (1982) · München (1983) · Liverpool (1984) · Osaka (1990) · Floriade Zoetermeer/Den Haag (1992) · Stuttgart (1993) · Kunming (1999) · Floriade Haarlemmermeer (2002) · Rostock (2003) · Chiang Mai (2006/7) · Floriade Venlo (2012) · Antalya (2016) · Beijing (2019) · Floriade Almere (2022) |
afgelaste tentoonstellingen: | E42, Rome (1942) · EXPO 95 Wenen & Budapest (1995) · Seine Saint Denis (2004) |
overige wereldtentoonstellingen: | New York (1853) · Dublin (1853) · Tokio (1867) · Dublin (1874) · Berlijn (1879) · Sydney International Exhibition (1879) · Amsterdam (1883) · New Orleans (1884) · Antwerpen (1885) · Londen (1886) · Amsterdam (1887) · Brussel (1888) · Glasgow (1888) · Melbourne (1888) · Antwerpen (1894) · Milaan (1894) · San Francisco (1894) · Atlanta (1895) · Amsterdam (1895) · Berlijn (1896) · Buffalo (1901) · Turijn (1902) · Christchurch (1906) · Dublin (1907) · Hampton Roads (1907) · Seattle (1909) · Lyon (1914) · Semarang (1914) · San Diego (1915) · Rio de Janeiro (1922) · Wembley (1924) · Parijs (1925) · Philadelphia (1926) · Antwerpen (1930) · Luik (1930) · Parijs (1931) · Cleveland (1936) · San Francisco (1939) · New York (1964) |