Pheroras
Pheroras | ||
Tetrarch Perea | ||
Periode | 37 v.Chr. tot 5 v Chr. | |
Voorganger | -- | |
Opvolger | Herodes de Grote | |
Vader | Antipater I | |
Moeder | Cypros I |
Pheroras (ca. 68-5 v.Chr.) was tetrarch over Perea. Hij was een zoon van Antipater en Cypros en daarmee een van de jongere broers van Herodes de Grote.
Inhoud
1 Pheroras' rol tijdens de opstand van Antigonus
2 Gouverneur van Perea
3 Huwelijksperikelen
4 Pheroras' dochter
5 Opnieuw spanning tussen Herodes en Pheroras
6 Dood door vergiftiging
7 Familiestamboom
8 Noten
Pheroras' rol tijdens de opstand van Antigonus
Toen Herodes tussen 40 en 37 v.Chr. in opdracht van de Romeinse senaat en de opstand van de Hasmoneeër Antigonus probeerde neer te slaan, stelde hij Pheroras verantwoordelijk voor de bevoorrading van de hem ter beschikking gestelde Romeinse troepen, die gelegerd waren in Jericho, nadat Antigonus' mannen reeds vele malen voedseltransporten hadden overvallen. Tegelijkertijd moest Pheroras het fort Alexandrium versterken.[1]
Op een later moment tijdens de opstand versloegen Antigonus' mannen een cohort Romeinse soldaten, dat onder aanvoering stond van Jozef (de broer van Pheroras en Herodes). Jozef sneuvelde daarbij en Pappus (een bevelvoerder van Antigonus) sneed zijn hoofd af. Tegen betaling van 50 talenten zilver (een hoog bedrag) kocht Pheroras het hoofd van Antigonus om het te kunnen begraven.[2] Toen Herodes later Antigonus definitief verslagen had en Pappus voor hem geleid werd, liet Herodes Pappus onthoofden en stuurde hij zijn hoofd naar Pheroras. Zo nam hij wraak voor de dood van Jozef.[3]
Gouverneur van Perea
Toen Herodes eenmaal de macht in het Joodse land in handen had, stelde hij Pheroras aan als gouverneur over Perea, dat grensde aan het rijk van de Nabateeërs (plm. 37 v.Chr.). Toen na de Slag bij Actium (31 v.Chr.) Herodes' beschermheer Marcus Antonius door Octavianus verslagen werd en Herodes zich voor Octavianus moest verantwoorden, stelde hij Pheroras aan als zijn waarnemer. Wanneer Herodes niet zou terugkeren, moest Pheroras het koningschap over het Joodse land op zich nemen.[4] Herodes wist echter de gunst van Octavianus te winnen.
Op voorspraak van Herodes benoemde Octavianus Pheroras tot tetrarch over Perea en zegde hij toe dat wanneer Herodes eerder dan Pheroras zou overlijden, Pheroras tetrarch over Perea zou blijven.[5]
Huwelijksperikelen
Herodes arrangeerde een verloving tussen Salampsio (zijn oudste dochter bij zijn vrouw Mariamne) en Pheroras. Toen de verloving reeds enige tijd duurde, raakte Pheroras echter smoorverliefd op een van zijn slavinnen. Hij verbrak daarop de verloving met Salampsio. Herodes gaf Salampsio daarop ten huwelijk aan Phasaël, de zoon van Herodes' broer Phasaël. Herodes voelde zich bovendien ernstig beledigd door Pheroras' handelwijze. Toen Pheroras' liefde voor zijn slavin wat bekoeld was, las Herodes zijn broer hierover nadrukkelijk de les. Na overleg met zijn adviseur stuurde Pheroras de slavin, met wie hij inmiddels getrouwd was en bij wie hij een kind had, weg en zegde hij Herodes toe een maand later zijn tweede dochter Cypros te zullen trouwen.
Pheroras kon zijn slavin echter niet vergeten en nog voor de verlovingsmaand voorbij was, had hij de relatie met zijn slavin hervat. Het huwelijk met Cypros werd afgeblazen en Herodes voelde zich opnieuw beledigd. Ook Pheroras was echter gekrenkt. Hij verspreidde aan het hof het gerucht dat Herodes verliefd was op zijn schoondochter Glaphyra. Zo dreef hij Herodes tot woede, al had dit op de korte termijn nog geen consequenties.[6]
Pheroras' dochter
Door toedoen van Archelaüs van Cappadocië kwam het in later tijd tot een verzoening tussen Herodes en Pheroras.[7]
Het herstel van de relatie wordt geïllustreerd doordat Herodes zijn eigen kleinzoon liet trouwen met Pheroras' dochter (tussen 7 en 5 v.Chr.). Aanvankelijk had Herodes Pheroras' dochter willen laten huwen met Alexander (de zoon van Herodes' zoon Alexander, die kort daarvoor door Herodes ter dood was gebracht), maar toen Herodes' oudste zoon Antipater daar bezwaar tegen maakte, gaf hij haar ten huwelijk aan Antipaters zoon.[8]
Opnieuw spanning tussen Herodes en Pheroras
Korte tijd later ontstonden er echter opnieuw spanningen tussen Herodes en Pheroras, nu naar aanleiding van Pheroras' vrouw. Deze had zich namelijk laatdunkend uitgelaten over Herodes' dochters Salomé en Roxanne.[9] Vooral Herodes' zus Salomé nam de beledigingen hoog op en spoorde Herodes aan maatregelen te nemen tegen de vrouw van Pheroras. Bovendien wees zij erop dat de vrouw van Pheroras nauwe banden onderhield met de Farizeeën, die kritisch stonden tegenover Herodes' koningschap.
Herodes raadde daarop Pheroras aan van zijn vrouw te scheiden. Pheroras weigerde echter zijn vrouw weg te zenden. Daarop beval Herodes hem zich in Perea terug te trekken en zich niet meer in Jeruzalem te laten zien. Pheroras deed dit inderdaad en zwoer Perea niet meer te zullen verlaten. Toen Herodes enige tijd later ziek was en Pheroras ontbood, weigerde deze dan ook te komen.[10]
Dood door vergiftiging
In 5 v.Chr. werd Pheroras plotseling ernstig ziek. Ondanks de spanning tussen broers, kwam Herodes hem in Perea opzoeken. Toen Pheroras aan de gevolgen van zijn ziekte overleed, verzorgde Herodes voor hem een begrafenis in Jeruzalem met koninklijke eer.[11]
Omdat Pheroras' ziekte erg onverwachts kwam, vermoedde Herodes dat zijn vrouw hem had vergiftigd. Nadat Herodes verschillende slaven liet folteren, legden zij inderdaad bekentenissen in deze richting af. Toen Herodes haar wilde ondervragen, gaf zij toe over gif te beschikken, maar toen zij het zou gaan halen, probeerde zij zelfmoord te plegen door zich van de eerste verdieping te laten vallen. Zij overleed echter niet, maar raakte slechts bewusteloos.
Toen zij weer bij bewustzijn kwam en Herodes haar gratie verleende in ruil voor de waarheid, beschuldigde zij Pheroras en Herodes' zoon Antipater ervan samen een staatsgreep voor te bereiden. Dit zou de reden zijn waarom zij Pheroras had omgebracht. De bewijzen die zij aanvoerde om haar beschuldiging te ondersteunen, waren zo overtuigend dat Herodes Antipater gevangen liet nemen en later liet onthoofden. Ook onthief hij de hogepriester Simon ben Boëthus, die van het complot op de hoogte zou zijn, uit zijn ambt.[12] Pheroras' vrouw ging vrijuit en Herodes arrangeerde huwelijken tussen Pheroras' zoons en zijn eigen dochters.[13]
Familiestamboom
Antipater | Kypros | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Costobarus | Salomé I | Phasaël I | Jozef | Pheroras | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Doris | Mariamne I | Herodes de Grote | Mariamne II | Malthake | Cleopatra | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Alexander | Aristobulus IV | Berenike | Antipatros | Kypros | Phasaël II | Salampsio | Jozef | Olympias | Herodes Archelaüs | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Antipatros | Mariamne | Herodes Agrippa I | Kypros | Herodes Filippus | Herodias | Herodes Antipas | Aristobulus | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Mariamne | Herodes van Chalkis | Julia Berenice | Drusilla | Herodes Agrippa II | Aristobulus van Chalkis | Salomé II | Filippus | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Berenicianus | Hyrcanus | Markus | Antonia | Herodes | Agrippa | Aristobulus | |||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Noten
↑ Flavius Josephus, Ant. 14, 419
↑ Flavius Josephus, Ant. 14, 450
↑ Flavius Josephus, Ant. 14, 464
↑ Flavius Josephus, Ant. 15, 184
↑ Flavius Josephus, 15, 362
↑ Flavius Josephus, Ant. 16, 194-218
↑ Flavius Josephus, Ant. 16, 269.
↑ Flavius Josephus, Ant. 17, 12-18
↑ Flavius Josephus, BJ 1, 568-571. Ant 17, 34 spreekt over Pheroras' dochters, maar men vermoedt dat de tekst hier corrupt is.
↑ Flavius Josephus, Ant. 17, 46-58
↑ Flavius Josephus, Ant. 17, 59
↑ Flavius Josephus, Ant. 17, 61-78
↑ Flavius Josephus, Ant. 17, 322