Maria (moeder van Jezus)










Deel van de serie over
Maria

Mariabeeld

moeder van
Jezus





Ook bekend als
"Heilige Maagd" of
"Moeder Gods"


Theologie
Mariologie


Belangrijke feesten
Maria Moeder van God
Maria-Lichtmis
Onze Lieve Vrouw van Lourdes
Maria Boodschap
Maria Visitatie

(ook wel: Maria Middelares)
Onbevlekt Hart van Maria
Maria van de berg Karmel
Maria Tenhemelopneming
Maria Koningin
Maria-Geboorte
Heilige Naam van Maria
Onze-Lieve-Vrouw van Smarten
Maria van de rozenkrans
Opdracht van Maria in de tempel
Maria Onbevlekte Ontvangenis


Maria in de kunst
Piëta
Staakmadonna


Belangrijke bedevaartsoorden
Lourdes ·
Częstochowa
Esperanza Macarena
Fatima
Scherpenheuvel
Banneux ·
Beauraing
Heede ·
Kevelaer
Altötting ·
Einsiedeln
Walsingham ·
Knock
Virgen del Pilar
Virgen del Rocío
Loreto ·
Montserrat (abdij)
Tinos ·
Athos
Mexico-stad


Bedevaartsoorden in België
Banneux ·
Beauraing
Oostakker ·
Scherpenheuvel
Gaverland


Bedevaartsoorden in Nederland

De Sterre der Zee ·
De Zoete Moeder
Handel ·
De Vrouwe van alle Volkeren

De Vreugderijke ·
Sittard ·
Heiloo ·
Uden
Ommel ·
Thorn ·
Schalkhaar
Oud-Zevenaar ·
Bolsward
Leeuwarden ·
Haastrecht
Roermond ·
Echt·
Warfhuizen
Haarlem ·
IJsselstein
Meerveldhoven ·
Aarle-Rixtel


Maria in Latijns-Amerika


Verwante artikelen
Christendom
Lijst van christelijke heiligen







De Engel Gabriël die Maria bezoekt om de geboorte van Jezus aan te kondigen, 1644, Philippe de Champaigne




De onbevlekt ontvangene, 1678, Murillo, Olieverf op doek, Museo del Prado, Madrid




Het zes meter hoge Mariabeeld op de Onze-Lieve-Vrouwetoren, Sint-Niklaas




Piëta, Vincent van Gogh




Maria-beeld met een witte sluier van kant, als symbool voor kuisheid




Michelangelo Buonarotti, Pietà, 1499, Sint Pieter, Rome




Maria met kind op maansikkel, rond 1500, Catharijneconvent, Utrecht


Maria (van Grieks Μαρία of Μαριάμ, zelf afgeleid van het Aramese Maryam[1]), is in het Nieuwe Testament (en ook in de Koran) de moeder van Jezus. De oorsprong van de naam is onduidelijk. Het betekent wellicht "gewenst kind", "bitter", "rebels", of "sterke wateren", of is afgeleid van het Egyptisch: dan zou het "geliefde" of "liefde" kunnen betekenen[2][3]. In het Oude Testament komt de naam al voor als Mirjam (van Hebreeuws מרים), en in de Koran is de naam ook Maryam (van Arabisch مريم). Volgens de christelijke traditie is zij de dochter van Joachim en Anna;[4] in de Koran wordt melding gemaakt van Imraan als haar vader.[5] Voor katholieken is zij de belangrijkste heilige. In de Rooms-Katholieke Kerk en Oosters-Orthodoxe Kerk heeft Maria als Moeder van God een belangrijke rol in het geloofsleven. Er is binnen de theologie zelfs een complete discipline die zich speciaal op haar richt: de mariologie. Verschillende liturgische feesten en hoogfeesten worden ter ere van haar gevierd. In de Orthodoxe Kerk is de gangbare uitdrukking voor Maria Moeder Gods en niet Maria.




Inhoud






  • 1 Levensloop van Maria volgens het christendom


  • 2 Altijd maagd


  • 3 Volksdevotie


    • 3.1 Mariakapelletjes in de Nederlanden




  • 4 Mariafeesten


  • 5 Maria in de islam


  • 6 Maria in het jodendom


  • 7 Zie ook


  • 8 Externe link


  • 9 Literatuur





Levensloop van Maria volgens het christendom


Maria werd volgens een constante overlevering geboren uit Joachim en Anna. Volgens de Katholieke Kerk is Maria vanaf haar conceptie gevrijwaard voor de erfzonde, dat wil zeggen dat ze onbevlekt ontvangen was. Ook geloven de Katholieke en de Orthodoxe Kerken dat Maria nooit een zonde heeft bedreven.[6] Ze beroepen zich daarbij op Luc. 1,28, waar de engel Gabriël haar aanspreekt met: "Wees gegroet, vol van genade." Over haar jonge leven zijn verder geen bijzonderheden vermeld in de Bijbel, hoewel er een traditie is, die stelt dat ze dienstdeed in de tempel.[7] Het Nieuwe Testament vermeldt dat Maria nog niet samenwoonde met Jozef, maar wel verloofd was, toen ze zwanger werd en dat ze nog geen geslachtsgemeenschap hadden gehad. Maria was dus nog een maagd. Volgens de aankondiging van de engel Gabriël (de annunciatie) werd Jezus in de schoot van Maria ontvangen door de kracht van de Heilige Geest, de zogeheten maagdelijke geboorte.


Het Evangelie volgens Matteüs beschrijft dat Jozef en Maria na de geboorte van Jezus niet in Bethlehem bleven en ook niet naar Nazareth terugkeerden (wat volgens Lucas hun woonplaats geweest zou zijn), maar naar Egypte vluchtten. Jozef was volgens dit evangelie namelijk via een droom door een engel gewaarschuwd, dat koning Herodes de aanstaande koning der Joden wilde vermoorden uit angst voor zijn eigen troon. Deze beging daartoe de kindermoord van Bethlehem. Na de dood van Herodes (4 v. Chr.) vestigden Maria en Jozef zich in Nazareth. Op grond hiervan dateert men de geboorte van Jezus kort voor het jaar 4 v.Chr. meestal 6 v.Chr.


Hier groeide Jezus op onder de hoede van Maria en Jozef. Hij werd opgevoed in de joodse leer en leerde waarschijnlijk ook het beroep van zijn vader: timmerman. Jozef stierf vermoedelijk voordat Jezus in de openbaarheid kwam, Maria als weduwe achterlatend. Bij het openbare optreden van Jezus wordt Maria nog enkele malen genoemd. Enkele evangelieteksten wekken de indruk dat de verstandhouding tussen Maria en Jezus niet goed was. Zo beschrijven Matteus en Lucas dat Jezus' moeder en broers hem dringend te speken vroegen op een moment dat hij zich met mensen onderhield. Jezus weigerde dit met als argument dat zijn leerlingen zijn echte moeder en broers waren.[8] Marcus schrijft zelfs dat Jezus' moeder en broers hem desnoods onder dwang mee wilden nemen, "want volgens hen had hij zijn verstand verloren".[9]


Volgens Johannes was Maria bij de kruisiging van Jezus aanwezig, samen met Johannes zelf, die door Jezus op het kruis werd aangewezen als (vermoedelijk verzorgende) zoon van Maria. Daarna is ze volgens het boek Handelingen nog aanwezig bij enkele bijeenkomsten van de apostelen, en in het bijzonder is zij met de apostelen aanwezig in de bovenkamer tijdens de uitstorting van de Heilige Geest op Pinksteren, negen dagen nadat volgens hetzelfde boek de opstijging naar de Hemel van Jezus plaatsvond.


Over haar verdere leven zijn verschillende verhalen in omloop. Volgens de (rooms-katholieke) overlevering moet Maria ergens tussen 36 en 50 n.Chr. zijn overleden in Jeruzalem of Ephese. Hierbij zouden alle apostelen aanwezig zijn geweest behalve Thomas. Toen deze arriveerde was Maria's lichaam al begraven en om haar toch eer te bewijzen bezocht Thomas in zijn eentje haar graf. Thomas zou toen de tenhemelopneming van Maria hebben gezien. Daarbij zou hij van Maria haar gordel hebben gekregen. De overige apostelen geloofden dit niet totdat hij hun de gordel toonde en het lege graf.



Altijd maagd


Haar huwelijk met Jozef wordt als 'Jozefshuwelijk' nog altijd als terminologie gebruikt voor een geestelijke, niet-seksuele huwelijksgemeenschap. Het vroege geloof van de Oude Kerk en de kerkvaders, dat God de vrouw waaruit zijn zoon geboren werd zeker maagdelijk gehouden heeft, werd later steeds meer uitgewerkt. Het geloof dat Maria voor, tijdens en na de geboorte van Christus haar maagdelijkheid behield, wordt tegenwoordig nog doorgegeven door de katholieke en de orthodoxe Kerk.


De altijddurende maagdelijkheid van Maria werd ook nog door Maarten Luther en Johannes Calvijn aangehangen, maar tegenwoordig nemen veel protestantse christenen aan dat Maria en Jozef samen later ook andere kinderen hebben gehad. Men beroept zich daarbij op meerdere teksten uit het Nieuwe Testament waar over de "moeder en broers" van Jezus gesproken wordt. Het oudste Griekse handschrift spreekt van 'adelphói', waar de Nederlandse vertaling (Matth. 13:55) spreekt van 'broeders van Jezus'. Hiëronymus stelde, dat in de Aramese wereld neven en achterneven vaak broer (Grieks: 'adelphoi') werden genoemd. Hij geeft daarvoor als argument dat in Genesis neef Lot een ach, een broer van Abraham wordt genoemd.



1rightarrow blue.svgDe protestantse visie: Broers en zussen van Jezus


Volksdevotie


Het prominentst is Maria aanwezig in de katholieke en orthodoxe volksdevotie waarin de Mariaverering een dominante plaats inneemt. Volgens de officiële kerkelijke leer kan Maria nooit de plaats van Jezus als Verlosser van de zonde vervangen en verwijst zij altijd naar Jezus als de werkelijke Middelaar tussen de mens en God.
In de volksdevotie is de praktijk meestal dat Maria als 'toegankelijker' beschouwd wordt dan Jezus en meer aangeroepen wordt, zij het dan als 'voorspreekster'. Vele gelovigen bidden tot Maria om haar te vragen om voorspraak. Dat wil zeggen dat men vraagt of Maria voor hen wil bidden. Geliefde gebeden zijn het Weesgegroet en de rozenkrans. In de wereld zijn veel plaatsen waar uitdrukking wordt gegeven aan deze Maria-devotie. Bij Paus Johannes Paulus II lag Maria zeer na aan het hart; hij legde zijn lot en dat van de wereld in de handen van de Moeder Gods. Paus Johannes Paulus II had een bijzondere devotie voor haar, en geloofde dat zij hem beschermd had bij de aanslag op zijn leven op 13 mei 1981. Dit bracht hij in verband met de voorspellingen gedaan bij de verschijningen van Onze-Lieve-Vrouw van Fátima.


Een devotie is ook het dragen van een Maria-medaille of een scapulier. In het bijzonder de Wonderdadige Medaille en het scapulier van Onze Lieve Vrouw van de berg Karmel.


Het bekendst zijn de plaatsen waar Maria is verschenen: het Franse Lourdes (verschijning in 1858), Fátima in Portugal (1917) en Guadalupe in Mexico-Stad (1531). Het Duitse Kevelaer trekt veel Nederlandse pelgrims. In katholieke en orthodoxe landen zijn ontelbare nationale en regionale heiligdommen te vinden, maar ook in Nederland hebben talloze zogenaamde genadeoorden (bedevaartplaatsen) uit de middeleeuwen de reformatie overleefd (of hebben een opleving gekend in de 19e eeuw.) De meeste van deze heiligdommen liggen in Limburg, Noord-Brabant en het zuiden van Gelderland, waar het merendeel van de bevolking van oudsher katholiek is gebleven. Toch zijn ook in het "protestantse" Noorden verschillende middeleeuwse bedevaarten weer opgeleefd. Daartussen treft men aan Onze Lieve Vrouwe ter Nood in Heiloo, Onze-Lieve-Vrouwe van Sevenwouden te Bolsward en Onze Lieve Vrouwe van Leeuwarden te Leeuwarden. Daarbij ontstaan er ook tegenwoordig nog steeds weer nieuwe bedevaartplaatsen van Maria, ook in Nederland. Zo vermeldt de databank van Nederlandse bedevaartplaatsen[10] van het Meertens Instituut onder andere het ontstaan van de devotie tot Onze Lieve Vrouwe van Tilligte in 2002 en die tot de Bedroefde Moeder van Warfhuizen in 2003. En in Amsterdam is er de kapel van Maria als Vrouwe van alle Volkeren, die is opgericht na een groot aantal - inmiddels door de R.K. kerk als authentiek erkende - verschijningen van Maria aan de Amsterdamse Ida Peerdeman in de periode 1945-1959.


Een bijzonder kenmerk van de meeste van deze heiligdommen is de verering van Maria onder een bijzondere titel of epitheton. Zo zijn er bijvoorbeeld de Zoete Moeder van 's-Hertogenbosch en de Sterre der Zee van Maastricht (de twee meestbezochte bedevaartplaatsen van Nederland). Ook bestaan er gebeden, de zogenoemde litanieën, die in feite bestaan uit louter zulke Mariatitels met steeds de smeekbede "bid voor ons" daaraan gekoppeld.



Mariakapelletjes in de Nederlanden


Vooral in Vlaanderen en in de van oudsher katholieke Nederlandse provincies Limburg en Noord-Brabant en in de katholieke streken Twente en De Liemers kan men op veel plaatsen, vaak in oude stads- en dorpskernen maar ook verspreid over het platteland, kleine Mariakapelletjes aantreffen die door de plaatselijke bevolking worden bezocht om een kaarsje op te steken en voor een moment van bezinning. Deze bevinden zich in Vlaanderen zeer vaak onder of bij een oude boom, op de plaatsen waar ooit in voorchristelijke tijden een boomheiligdom was. Ook in Nederland zijn veel dergelijke oorsprongen aangetoond. In het Noord-Brabantse St. Willebrord (soms aangeduid als filiaal-bedevaartplaats van Lourdes) bevindt zich een Lourdesgrot. Gebouwd naar het voorbeeld in Lourdes met ingemetseld een stuk rots uit Lourdes. In Scheveningen bevindt zich de Lourdeskapel, met een nagebouwde Lourdesgrot achter het altaar.



Mariafeesten


Binnen de rooms-katholieke liturgie bekleedt Maria een belangrijke positie qua gedachtenisfeesten, maar de eigenlijke gebeden en het Offer tijdens de Heilige Eucharistie blijven tot God de Vader gericht, met het smeken tot Jezus Christus. Toch wordt herhaaldelijk aan haar gebed voor de Kerk gerefereerd.
De voornaamste Mariafeesten zijn:




Mariabeeld in de Maria-Tenhemelopnemingskerk in Essaouira (Marokko)




  • Maria Moeder van God (1 januari, octaaf van Kerstmis, hoogfeest);


  • Maria Lichtmis (2 februari, feest);


  • Onze Lieve Vrouw van Lourdes (11 februari, vrije gedachtenis);


  • Maria Boodschap (Annunciatie) (25 maart, 9 maanden voor Kerstmis, hoogfeest);


  • Maria Hulp der Christenen (24 mei, vrije gedachtenis binnen de Salesiaanse familie);


  • Maria, Moeder van de Kerk, maandag na Pinksteren, oftewel tweede Pinksterdag, gedachtenis;


  • Maria-Visitatie (31 mei, feest);


  • Onbevlekt Hart van Maria (derde zaterdag na Pinksteren, vrije gedachtenis);


  • Heilige Maagd Maria van de berg Karmel (16 juli, vrije gedachtenis);


  • Maria-Tenhemelopneming (15 augustus, het belangrijkste en oudste Mariafeest, hoogfeest);


  • Maria, Moeder en Middelares van genade (31 augustus, vrije gedachtenis) (in de Belgische kerkprovincie)


  • Maria Koningin (22 augustus, gedachtenis);


  • Maria Geboorte (8 september, feest);


  • De naam van de Heilige Maagd Maria (12 september, vrije gedachtenis);


  • Onze-Lieve-Vrouw van Smarten (15 september, gedachtenis)


  • Heilige Maagd Maria van de Rozenkrans (7 oktober, gedachtenis)


  • Opdracht van Maria in de tempel (21 november, gedachtenis) en


  • Maria Onbevlekt Ontvangen (8 december, 9 maanden voor Maria Geboorte, hoogfeest).


Maria wordt ook bijzonder herdacht in de maanden mei (Mariamaand) en oktober (rozenkransmaand).



Maria in de islam


Islamitische theologie stelt ook dat Maryam (Arabisch: مريم) de moeder is van Isa en dat zij nog maagd was.



1rightarrow blue.svgZie Maryam voor het hoofdartikel over dit onderwerp.


Maria in het jodendom


Het jodendom ontkent dat God mens geworden is en dus dat Jezus, de zoon van Maria, God én mens is. Het jodendom hecht dan ook geen belang aan Maria.


Sommigen zien echter in het joodse geschrift Talmoed parallellen tussen Maria en een vrouw uit de Talmoed met de naam Miriam. Ook deze Miriam was een met een timmerman gehuwde joodse vrouw. De Talmoed vertelt hoe deze Mirjam een kind met de naam Yeshu had van een Griekse of Romeinse soldaat.
Sommige mensen zien in de Yeshu uit dit verhaal overeenkomsten met de christelijke Jezus en in de Miriam uit dit verhaal overeenkomsten met de christelijke Maria.
Veel joodse geleerden die dit bestudeerd hebben, ontkennen dat Yeshu en Jezus dezelfde persoon kunnen zijn.
Er zijn ook studies over de Talmoed die weerleggen dat daarin als Yeshu of Miriam of onder een andere naam over Maria en Jezus wordt verteld.[11][12] De "minimalisten" zoals Jacob Z. Lauterbach zien weinig verwijzingen, de maximalisten zoals R. Travers Herford herkennen Maria en Jozef in de beschrijvingen in de Talmoed.



Zie ook



  • Servieten van Maria


  • Regina coeli (Koningin des hemels)


  • Sterre der zee (Stella maris)

  • Heilige Familie

  • Jozef van Nazareth

  • Mariologie

  • Mariaverschijning

  • Madonna (kunst)

  • Weesgegroet

  • Drie Maria's



Externe link



  • Maria door Vlaanderen gedragen Overzicht van beelden die nog rondgedragen worden tijdens een (veelal) jaarlijkse ommegang.


Literatuur



  • Johann Maier, Jesus von Nazareth in der talmudischen Überlieferung (Ertrage der Forschung 82; Darmstadt: Wissenschaftliche Buchgesellschaft, 1978).

  • Jacob Z. Lauterbach, "Jesus in the Talmud” in Rabbinic Essays, Cincinnati: Hebrew Union College Press, 1951 (reprinted by Ktav, 1973).

  • R. Travers Herford, Christianity in Talmud and Midrash, London: Williams & Norgate, 1903 (reprint New York, KTAV, 1975)































Popular posts from this blog

Knooppunt Holsloot

Altaar (religie)

Gregoriusmis